Lange tijd had ik een hekel aan brandnetels. Maar tegenwoordig, op een plekje achter onze schuur, mag alles groeien en bloeien wat er maar wil staan.
Soms haal ik weg wat de overhand neemt, maar over het algemeen laat ik gebeuren wat er gebeurt. Dus er is daar ook plek voor de brandnetel.
Er blijven nou eenmaal planten die ik liever niet in onze bloemen- of groentetuin heb, maar waarvan ik weet dat de bijen en vlinders er wel blij mee zijn. Lopen we in de zomer dus achter onze schuur langs dan zoemt er altijd wel wat rond!
Wildtuin als voedselbron
Vandaag heb ik onze ‘wildtuin’ als voedselbron voor onszelf ingezet. Want waar het in onze groentetuin dit jaar echt niet lekker loopt, groeien sommige, niet zo populaire planten uit tot enorme proporties. Tja, veel water is voor de ene plant nou eenmaal beter dan de andere en slakken vinden ook niet alles lekker.
Met handschoenen aan ben ik de brandnetels ingedoken om ze te gaan drogen tot superfood. Ik heb ze afgeknipt, zodat ze gewoon weer aan kunnen groeien. Want als het goed bevalt, dan zal ik ze zeker vaker in gaan zetten als voedsel.
Ik ben al jaren bekend met de brandnetel, zowel in de tuin als vanwege de geneeskrachtige werking. In mijn praktijk adviseerde ik het regelmatig vanwege de urinedrijvende werking en met name ook bij galklachten. Ook kan de brandnetel goed gebruikt worden bij een detoxkuur.
Tot nu toe greep ik echter, ook voor eigen gebruik, naar de brandnetel in een potje of theezakje. Met steeds meer kennis en bewustwording rondom verwerkingsprocessen en bedrijven achter de supplementen, wil ik toch de stap maken naar gebruik van planten uit de tuin ook buiten onze groentetuin om.
Te beginnen dus bij de brandnetel, want wanneer je je gaat verdiepen in de kracht van deze plant, dan zie je ineens veel meer dan alleen maar een ‘vervelende prikker’!
Uiteraard duik ik ook even in wat boeken om meer info te verzamelen over de brandnetel en vooral het oogsten ervan.
Brandnetel als superfood
Je kunt de bladeren eten als spinazie, als smaakmaker of als basis voor groentesappen en sauzen. Je kunt de bladeren blancheren of wanneer je ze door een salade wilt doen voorzichtig met een deegroller uitrollen, zodat de brandharen hun ‘prikfunctie’ verliezen.
Steeds meer ontdekken in de tuin
Ondertussen ga ik me verder verdiepen in eten uit onze tuin. Want hoe je het ook went of keert, door het moeizame groentetuin seizoen tot nu toe, wordt mijn brein wel weer aangezet tot denken in mogelijkheden. Ik weet dat er veel eetbaars tussen de bloemen en in verborgen hoekjes zit en hoe meer kennis ik daar van krijg, hoe beter het zal lukken om jaarrond uit de tuin te blijven eten.
En ja, ik moet eerlijk bekennen dat bij sommige planten de knop even om moet bij het idee ze te gaan eten, maar … de eerste stappen zijn gezet en dan volgen er altijd meer!
Brandnetels als thee
Na een aantal weken drogen is het dan zover. Ik ga de gedroogde bossen brandnetel verwerken. Vol verwachting haal ik de bundels van hun droogrek af. Eigenlijk vind ik het een beetje spannend. Iemand zei namelijk tegen me: ‘Je moet binnen drogen, anders zit het straks vol beesten’. Tja, klonk eigenlijk wel logisch en daarom ging ik daar wat verder op ging zoeken. Ik zag tips over binnen drogen op bv. een kamer die weinig gebruikt wordt (ivm luchtvochtigheid). Ook een tip over drogen in een kussensloop om de zaden op te vangen. Die laatste tip vond ik wel handig. Het binnen drogen voelt voor mij echter niet zo goed, dus vandaar mijn lichte ‘spanning’ naar wat ik tegen ga komen.
Allereerst rits ik de blaadjes en zaadjes van de stengels af. Ik heb een schone doek klaarliggen waar ik alles op kan leggen. Een staafmixer met hakmolen staat erbij en een dienblad en bord om het fijngemalen kruid op te leggen. Het afritsen geeft een lichte prikkeling op mijn huid. Bijzonder hoe lang die brandhaartjes dus hun werk blijven doen. Het staafmixerbakje is steeds zo vol, dus ik verwacht dat ik nog wel even bezig ben. Maar uiteindelijk valt dat mee en eigenlijk is het wel een leuke klus. Ik zie het bord en dienblad al gauw voller worden.
En dan de beestjes: ik kom 4 levende oorwormen tegen en 3 ieniemini slakkenhuisjes. Ik tuur goed naar kleinere beestjes, maar zie geen leven op het dienblad. Wat uiteraard niet wil zeggen dat er niets in zit. Maar ik besluit dat ik dat dan maar voor lief neem.
Uiteindelijk vul ik een grote pot van violet glas en nog een klein weckpotjes met brandnetel-kruid. En
’s avonds drink ik mijn eerste kopje brandnetel thee uit mijn eigen wildtuin! En dát smaakte naar meer!
Lees jij mijn blog en heb jij tips of advies? Laat het dan gerust weten via de reacties. Ik zeg vaak: ‘Ik doe ook maar wat’ en en ik ben me bewust van het feit dat we heel veel van elkaar kunnen leren!
Hoi Johanna,
Super leuk!!! Je kan de brandnetel het beste oogsten voor 21 juni, dan is die op zijn krachtigst. Een tinctuur maken op wodka is ook een optie. Straks als de herfst weer begint, elke dag een slokje of paar druppels en je komt goed de winter door😉.
Dank voor jouw reactie en tip! Ik ga volgend jaar wat eerder beginnen 🙂